Het ging in deze zaak om een zoon die zich geconfronteerd zag met een vader die, na jarenlang geleefd te hebben met uiteenlopende ernstige klachten, niet verder wilde leven. De man had wel de hulp gezocht van artsen, maar was na 14 jaar doktersbezoeken en behandelingen helemaal klaar met de medische wereld. Hij wilde ook niet naar een arts met een euthanasieverzoek en ging over tot een poging tot zelfdoding. Die mislukte.
Hij had ondertussen de heliummethode ontdekt en deze grondig bestudeerd. Omdat hij niet meer in staat was om zelf naar de bouwmarkt te gaan, had hij zijn zoon gevraagd om nog wat kleine dingetjes te kopen. De zoon heeft de wens van zijn vader, om naar de bouwmarkt te gaan, gehonoreerd.
De vraag is of de zoon had moeten zeggen dat dit tegen de wet is en dat hij zijn vader daarom niet kon helpen met enige feitelijke handelingen. De rechters geven hier geen direct antwoord op maar benadrukten dat dit handelen strafbaar is gesteld en vonden dat de man geen beroep op overmacht kon doen.
Deze zaak roept opnieuw de vraag op: Wanneer is hulp bij zelfdoding door een niet-arts toegestaan? Het OM had in deze zaak betoogd dat op zijn minst aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen voor artsen voldaan moet worden. De rechtbank ging daar niet op in. Bij het eindoordeel zijn wel overwegingen gebruikt die toch sterk lijken op de wettelijke eisen voor artsen.
Dit doet denken aan het arrest van het Hof Den Bosch in de zaak Heringa. In deze zaak hebben de rechters niet letterlijk gezegd waar ze aan gingen toetsen, maar hebben ze allerlei feiten benoemd die sterk deden denken aan de wettelijke zorgvuldigheidseisen voor artsen. (Zie ook: Reactie op de uitspraak van het Hof Den Bosch (pdf)).
We hebben nu dus twee uitspraken liggen over hulp bij zelfdoding door een niet-arts, waarbij het er in beide zaken op lijkt dat de rechters met hun toetsingskader sterk zijn geïnspireerd door de wettelijke zorgvuldigheidseisen voor artsen. Hoewel de rechters in beide uitspraken blijk geven te weten dat dat dit toetsingskader niet onverkort mag worden toegepast, geven ze niet aan hoe ze de toetsing dan wel hebben gedaan.
Op dit moment is het dus niet duidelijk onder welke omstandigheden hulp bij zelfdoding door een niet-arts dan wél acceptabel zou zijn. We hopen dat de nieuwe uitspraak van de Hoge Raad in de zaak Heringa (verwacht in april 2019) die duidelijkheid gaat geven.
Opnieuw veroordeling hulp bij zelfdoding door niet-arts
Op 26 februari heeft de rechtbank Maastricht een straf van drie maanden voorwaardelijk opgelegd in de zaak van een man die zijn vader had geholpen met zelfdoding. De man had enkele spullen gekocht voor een heliumsysteem en hielp ook om dit in elkaar te zetten. De zaak roept opnieuw de vraag op: Wanneer is hulp bij zelfdoding door een niet-arts toegestaan?
Deel dit item: